Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is het instituut dat toezicht houdt op de naleving van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). In het EVRM zijn verschillende mensen- en burgerrechten van de inwoners van de aangesloten landen vastgelegd. Alle EU-lidstaten zijn aangesloten bij het EVRM.

 

Op 8 april 2021 heeft het EHRM zich uitgesproken over de vaccinatieplicht voor jonge kinderen in Tsjechië. Jonge kinderen in Tsjechië worden verplicht gevaccineerd tegen negen verschillende ziekten. Indien een kind niet gevaccineerd is, kan deze geweigerd worden op de kleuterschool en kunnen de ouders een boete krijgen. Niet-gevaccineerde kinderen worden echter wel toegelaten tot de bassischool.

 

In de uitspraak gaat het 17 rechters tellende hof in op de vraag of het aanvaardbaar is om artikel 8 van het EVRM ‘eerbiediging van het familie- en gezinsleven’ in te perken door een vaccinatieplicht. Landen hebben op dit punt enige beleidsvrijheid. Dit wordt ook wel een ‘margin of appreciation’ genoemd. Zij hebben daarmee ruimte om zelf te beoordelen of een recht ingeperkt dient te worden met het oog op een ander belang, in dit geval de bescherming tegen risico’s voor de gezondheid. Bij het invullen van deze ruimte moet wel aan bepaalde voorwaarden worden voldaan. De beperking van het recht moet voorzien zijn bij wet, het moet een legitiem doel hebben en noodzakelijk en proportioneel zijn. Wij lopen deze voorwaarden langs met daarbij het oordeel van het hof.

 

  • Voorzien bij wet

Volgens het hof was er een duidelijke basis voor de inperking te vinden in de nationale wetgeving van Tsjechië. Deze nationale wetgeving is ook niet in strijd met de grondwet van Tsjechië. Aan deze voorwaarde is volgens het hof dan ook voldaan.

 

  • Legitiem doel

De vaccinatieplicht heeft als doel de bescherming van inwoners tegen ziekten die een serieus risico voor de gezondheid kunnen vormen. Voor een goede bescherming tegen deze ziekten, is een hoge vaccinatiegraad van belang. Uit artikel 8 EVRM volgt dat bescherming van de gezondheid een legitiem doel is om het recht op familie- en gezinsleven in te perken.

 

  • Noodzakelijk

De rechters vinden dat de vaccinatieplicht een noodzakelijke regel is. Daarvoor noemen zij als eerste reden dat vaccineren een van de meest succesvolle manieren is om de gezondheid te bevorderen. Daarom is het van belang dat er een zo hoog mogelijke vaccinatiegraad bereikt wordt. Landen hebben weliswaar een grote mate van vrijheid om te bepalen hoe ze dit bereiken. Met het oog op de dalende trend van vaccinatiebereidheid is een vaccinatieplicht daarbij een acceptabel middel. De overheid van een staat kan het beste bepalen welk middel gewenst is, met het oog op de behoeften van de samenleving. Blijkt dat een vrijwillige vaccinatie niet genoeg oplevert, dan is een verplichte vaccinatie de aangewezen manier.

 

  • Proportionaliteit

De vaccinatieplicht is volgens het hof ook proportioneel. Allereerst is er door Tsjechië een uitzondering gemaakt voor onder andere kinderen met een contra-indicatie voor de vaccinaties. Daarnaast kunnen kinderen niet fysiek gedwongen worden tot een vaccinatie. De straffen in Tsjechië zijn juist mild. Het niet toelaten tot de kleuterschool heeft als belangrijkste doel de bescherming van andere kinderen en is daarmee niet enkel bestraffend. Kinderen kunnen wel naar de basisschool waardoor het effect niet groot is. Ten slotte is het proportioneel omdat in Tsjechië de mogelijkheid bestaat om in beroep te gaan tegen een sanctie voor het niet-vaccineren.

 

De vaccinatieplicht is dan ook toegestaan. Het hof benadrukt daarbij dat niet de vraag centraal staat of het beter is om een minder zwaar beleid te hanteren maar of de ‘margin of appreciation’ (beleidsvrijheid) door de Tsjechische overheid is overschreden. Volgens het hof is de maatregel ‘noodzakelijk in een democratische samenleving’ en is dan ook geen sprake van een schending van artikel 8 van het EVRM.

 

Kan ik als werkgever nu een vaccinatieplicht afdwingen bij de overheid?

Uiteindelijk ligt de bal bij de overheid. Een vaccinatieplicht is pas aan de orde indien vaccineren op vrijwillige basis niet voldoende oplevert. Dat rechten op grond van de volksgezondheid ingeperkt kunnen worden blijkt wel, maar het is aan de overheid om te beslissen of dit aan de orde is. Daarnaast moet er door de overheid een wet aangenomen worden die een vaccinatieplicht mogelijk maakt. De deur staat door de uitspraak dus op een kier, maar harde rechten kunnen er niet direct aan worden ontleend.

 

De uitspraak biedt ruimte voor een vaccinatieplicht in Nederland. De overheid is aan zet. Deze zal moeten bepalen of de maatregel nodig is. Vragen over deze uitspraak? Neem contact op met Committ Legal.